Zondag, 26 juni 2016
Lieve ik,
Mensen die in de zorg werken zijn helden. Ze redden levens
en zijn sowieso ooit begonnen met de beste bedoelingen om iets te kunnen
betekenen voor anderen.
Ook ik ben iemand die in de zorg werkt en nee, ik schrijf
deze brief niet om mezelf de hemel in te prijzen. Sterker nog, ik kan niet
beoordelen of ik überhaupt goed ben in mijn werk. Ik doe mijn best om, naar
mijn idee, zo goed mogelijk werk te leveren. Zo kan ik ook niet zeggen dat alle
zorgmedewerkers helden of vijanden zijn. Iedere zorgverlener is een mens en elk
mens heeft te leren van de dingen die hij of zij meemaakt. Ik ga uit van het
positieve van mensen, dat houd in dat iedereen handelt naar zijn of haar beste
kunnen van dat moment.
Dat gezegd te hebben wil ik toch echt even iets kwijt over
een aantal mensen en regels in de zorg. En dan vooral de geestelijke
gezondheidszorg. Want, mijn hemel, wat een drama kan dat zijn zeg.
Dit jaar heb ik de stoute schoenen aangetrokken en ben ik
gaan verkennen. Ik verliet mijn oude, vertrouwde, particuliere psycholoog om
kennis te maken met de grote, nieuwe GGZ wereld. Natuurlijk was de hele situatie
een stuk minder spannend dan ik hier beschrijf. Ik moest. Ik moest meer, vaker
en uitgebreidere hulp, omdat er een grote storm in mijn hoofd raasde waarbij
mijn psycholoog niet voldoende ondersteuning kon bieden. Het was een storm die
mij afwisselend goede en slechte momenten gaf, die soms zo heftig was dat ik
bang was te kapseizen en te verzuipen op de open, kolkende oceaan.
Na lang vragen en smeken werd ik dan eindelijk doorgestuurd
naar een grote en algemene instantie op de crisisafdeling. Van een persoon werd
ik opeens een nummertje en nog voor ze mij een uur gezien hadden wisten ze
precies welk label ze op me moesten plakken.
Hoppa, lekker makkelijk! Etiketje erop en klaar is Kees.
Onder het ‘ik heb geleerd, dus weet het beter’ beleid kreeg ik in de gesprekken
daarna nog wat suggestieve vooroordelen toebedeeld en met een
behandelingsadvies op maat zou het allemaal goed komen.
Helaas, voor hun, ben ik een moeilijk persoon. Door vrienden
wordt ik ook wel koppig en eigenwijs genoemd en ik laat me dan ook niet zo snel
van alles wijs maken. Helemaal niet als de suggestieve vooroordelen, mijn
inziens, niet kloppen, er geen overtuigende argumenten gegeven worden (eigenlijk gaven ze helemaal geen argumenten), het etiketje volgens eerdere onderzoeken voor een groot deel niet klopt en ik het behandeladvies al een jaar of zes eerder
begonnen ben en het daardoor, in de grote lijnen, niet beter is geworden.
Ik weet dat het werken in de zorg moeilijk is; er is een
hoge werkdruk, de verwachtingen zijn hoog, je wilt zo goed mogelijk voor
iedereen en de middelen zijn beperkt. Daarnaast heb je mensen tegenover je in
crisis, die op dat moment alles willen, zo snel mogelijk, maar ook eigenlijk
niet weten wat ze precies willen, of wat er mogelijk is.
Toch, denk ik, dat deze mensen het zich een stuk makkelijker
hadden kunnen maken door mij als een mens te zien en gewoon te luisteren. Écht
te luisteren. Interesse te tonen en oprecht een uur aandacht te geven in plaats
van suggestief aanwezig te zijn. Misschien hadden ze dan wel eerder geweten wat
mijn zorgvraag nou werkelijk was toen ik daar binnen stapte met de zin: ‘Hoi, ik geloof dat ik hulp nodig heb.’
Nu ben ik vijf maanden en nog geen stap verder wat
behandeling betreft. De storm heb ik ondertussen, met ondersteuning van de dagopvang,
op eigen kracht weten te trotseren en ook in deze situatie kwam wederom de les
naar voren die centraal staat in mijn leven: Ik moet het zelf doen, ik moet mijzelf redden en ik moet voor mijn
eigen steun en hulp zorgen.
Ik ben blij dat ik deze ervaring heb moeten meemaken, zodat
ik in de toekomst zal proberen het anders aan te pakken. Mensen zijn geen nummer,
mensen zijn geen label of etiket. Mensen hebben niets aan boekenwijsheid als de
ervaring ontbreekt. Gelukkig hebben mensen zelf ervaring en kennis. Ik had het
erg fijn gevonden als de zorgverleners daar iets meer interesse in getoond
hadden. Het had een mooie utopie geweest als mijn zelfkennis en ervaringen
konden worden gemengd met de boekenwijsheid en ervaringen van de zorgverleners.
Een situatie waarin we gelijk hadden gestaan, in plaats van onder of boven
elkaar.
Waarschijnlijk was dit gewoon één slechte ervaring uit een
schap van oneindig veel goede ervaringen. Dat neem ik niemand kwalijk. Wel
moest ik het kwijt en aangezien ik eigenlijk alleen maar positieve berichten
over de zorg vind, behalve dan de wachttijden, mag ik wel eens zeggen: Het is
niet altijd koek en ei.
Liefs, Deborah
Reacties
Een reactie posten