Het is vrijdag avond. Ik zit in de auto en en in de spiegel zie ik dat mijn achterruitensproeier het voor het eerst goed doet. Het straaltje maakt één schone stip in het midden van de stoffige vlek die mijn ruitenwisser altijd achter laat. Terwijl mijn blik er even op blijft hangen wordt het mij duidelijk. Het is een heldere spot in een blinde vlek. Een einde aan een tunnel. De vlek weergeeft een nieuw inzicht in mijn troebele gedachten. En inderdaad, vanavond heb ik een nieuw inzicht gekregen. Het straaltje sop zakt langzaam naar beneden. Het verdeelt de vieze plek in twee halve cirkels. Het zijn tegenovergestelden, twee spiegelbeelden, maar tegelijk ook gelijkwaardig aan elkaar. Zonder een van beiden kan de cirkel niet bestaan. Uit één cirkel is een eenheid van twee gemaakt. Beiden even groot en even belangrijk. De cirkel geeft een nieuwe stap in mijn leven aan. Voor het eerst besef ik dat wat ik al langer wist, nu ook echt voel. Ik voel er te mogen zijn. Niet alleen