Het is vrijdag avond. Ik zit in de auto en en in de spiegel zie ik dat mijn achterruitensproeier het voor het eerst goed doet. Het straaltje
maakt één schone stip in het midden van de stoffige vlek die mijn ruitenwisser altijd achter laat.
Terwijl mijn blik er even op blijft hangen wordt het mij duidelijk. Het is een heldere spot in een blinde vlek. Een einde aan een tunnel. De vlek weergeeft een nieuw inzicht in mijn troebele gedachten. En inderdaad, vanavond heb ik een nieuw inzicht gekregen.
Het straaltje sop zakt langzaam naar beneden. Het verdeelt de vieze plek in twee halve cirkels. Het zijn tegenovergestelden, twee spiegelbeelden, maar tegelijk ook gelijkwaardig aan elkaar. Zonder een van beiden kan de cirkel niet bestaan.
Het straaltje sop zakt langzaam naar beneden. Het verdeelt de vieze plek in twee halve cirkels. Het zijn tegenovergestelden, twee spiegelbeelden, maar tegelijk ook gelijkwaardig aan elkaar. Zonder een van beiden kan de cirkel niet bestaan.
Uit één cirkel is een eenheid van twee
gemaakt. Beiden even groot en even belangrijk. De cirkel geeft een nieuwe stap in
mijn leven aan.
Voor het eerst besef ik dat wat ik al langer wist, nu ook echt voel. Ik voel er te mogen zijn. Niet alleen in mijn eigen leven, maar in hét leven, in ieders leven. Ik mag er zijn in elke relatie, in elke samenwerking, elk team en elk contact. Ik mag er zijn op gelijke voet met de ander. Niet hoger, niet lager. Mijn waarde is gelijk aan die van de ander. Ik heb net zo veel te bieden en ben net zo belangrijk.
Ik wist het wel, maar voelen doe ik het nu pas echt.
Tot vandaag.
Liefs, Deborah
Reacties
Een reactie posten